Drieduizend hoogtemeters op eerste dag is een slecht idee

Gepubliceerd op zondag 24 juni 2018 in Zwitserland 2018

Welke idioot is er verantwoordelijk voor het etappeschema dat ik hier in Zwitserland aan het volgen ben. Van mij mag die persoon direct ontslagen worden, aan de hoogste boom met hem. Wie verzint het immers om een iets te zware, volgepakte recreant met (te) groot verzet op de eerste dag al over zowel de Grosse Scheidegg als de Sustenpass te sturen. Niet te doen! Honderd kilometer geen probleem, maar drieduizend hoogtemeters is niet voor de poes. Ik ben kapot, maar heb het wel mooi weer gedaan en kan twee strepen zetten.

Het is ongeveer half februari als ik tijdens een spaarzaam vrij moment mijn volgende expeditie begin vorm te geven. Ik zou graag nog eens van Barcelona over Andalusië naar Lissabon fietsen en wil nog heel veel bergen doen in onder andere Oostenrijk en Italië. Toch ben ik er al snel uit dat het Zwitserland moet worden dit jaar. Daar ligt zoveel moois te beklimmen en bovendien zei ik vorig jaar niet voor niets ooit nog eens terug te keren om de Tremola en Furkapass te rijden. Ik begin voortvarend te schetsen en lus zoveel mogelijk nieuwe beklimmingen aan mekaar in een rondje van duizend kilometer. Dat moet te doen zijn in twee weken tijd. De Zwitserse kant van de Stelvio, vanuit daar eigenlijk de Umbrailpass, schrijf ik op als toetje. Als ik klaar ben met uittekenen weet ik dat er twintig nieuwe cols beklommen gaan worden en gemiddeld iets minder dan 2.500 hoogtemeters per dag.

Die drieduizend hoogtemeters op dag één (statistisch moet er ergens dus ook een relatief makkelijke dag bijzitten) vangen direct aan bij vertrek in Interlaken. Ik fiets zuidwaarts richting een aantal reusachtige Alpen en vrijwel meteen voel ik ook in de benen dat het hier geen Salland is. Mijn zware bepakking valt me tegen en ook heb ik het gevoel dat er achter te weinig lucht in de band zit. Met geen mogelijkheid krijg ik de tube echter ingedrukt, dus dat is alweer een probleem minder. Ik volg de bordjes naar Grindelwald, word over een gravelpad gestuurd dat me niet aanstaat en als ik eenmaal aan de echte beklimming van de Grosse Scheidegg mag beginnen, weet ik me in het nadeel dat er nog tien kilometers volgen tegen gemiddeld tien procent. Dat zijn alvast duizend meters de lucht in. Het uitzicht boven is prachtig!

Omdat mijn moeder meeleest doe ik het in de afdaling naar Innertkirchen rustig aan. Het wegdek nodigt overigens ook niet echt uit om flink gas te geven en op een plotseling contact met een van de vele loslopende koeien op de weg zit ik niet te wachten. Bovendien gillen mijn nieuwe schijfremmen het uit bij elke keer dat ik in de hendels knijp. Voorzichtigheid is hier troef.

Eenmaal beneden sla ik linksaf op de splitsing tussen de Grimselpass (vorig jaar al gedaan) en de Sustenpass. Het is dan half een en dus moet dertig kilometer klimmen tegen zes procent prima lukken om redelijk op tijd bij een op dat moment nog onbekend hotel te zijn. Ik krijg mijn benen echter voor geen meter meer rond, ik voel alle energie uit mijn lijf trekken en dus moet ik eten. Na acht kilometer leg ik - nog steeds of opnieuw - uitgeput aan bij een restaurant. Daar bestel een regionaal gerecht met een groot glas cola dat er beide in hoog tempo in gaat. Ik boek een hotel veertig kilometer verderop (dus over de Sustenpass) en schrijf dit verhaal. Tot hier. Nog zeker duizend hoogtemeters te gaan en daar heb ik geen zin in.

Intermezzo van enkele uren op de fiets...

Na lunch rijd ik de stenen uit de straat. Not! Het is goed dat ik heb gegeten maar het was te weinig en kwam duidelijk te laat. Op de fiets overkomt me het gevoel dat ik inmiddels als toch wel ervaren recreant uit duizenden herken. Ik wil overgeven maar kom drie uur lang niet verder dan het laten van boeren. Verder ben ik allerminst verveeld door de prachtige Sustenpass, maar ik moet continu gapen. Ik herken de symptomen direct en weet dat ik te diep aan het gaan ben. Toch moet ik die Sustenpass over en dat zal een hels karwei blijken. Vijf kilometer onder de top vraag ik een Italiaan met camper of ik met hem mee naar boven kan. Gelukkig (achteraf) heeft hij geen plek of wil hij me niet. Mijn lichaam trilt en ik kan niet verder maar ik moet. Om de kilometer neem ik rust.

Veel later dan gepland bereik ik de top van de Sustenpass die nog grotendeels met sneeuw is bedekt. Al jaren wil ik een foto van het fietsen tussen de sneeuw, maar mijn energie is dermate laag dat ik er niet eens over pieker om dat ook nog in scène te zetten. Voor teveel geld neem ik een cola en snickers (what is in a name), kijk nog vijf minuten Japan tegen Senegal tot de rust en zet de afdaling in richting Wassen. Ik neem geen risico maar ga beduidend harder dan eerder op de dag. Dat kan hier, want de weg is breed, goed geasfalteerd en je kunt kilometers vooruit kijken. Het regent weliswaar, maar het wegdek is droog. In twintig minuten ben ik beneden bij het hotel en daar plof ik op bed. Twee uur later word ik wakker, neem een douche en ga opnieuw aan tafel voor een goede maaltijd dit keer. Morgen weer lekker fietsen.

Afgestreepte cols

24 Jun 2018
Grosse Scheidegg
1.962m
24 Jun 2018
Sustenpass
2.224m
Grosse Scheidegg, Sustenpasszondag 24 juni 2018 om 08:04
Afstand98.02 km
Hoogteverschil3.022 m
Tijd6u 42m
Kudos42